Een kostbare mislukking dreigt
Italië nationaliseert megastaalfabrieken
Michael Braun (1)
Staalfabriek in de stad Taranto, Zuid-Italië, wordt voor de derde keer genationaliseerd. De fabriek is één van de grootste van Europa en is door de regering in Rome onder staatstoezicht gebracht. Met als gevolg dat 8.000 banen in gevaar zijn.
Maandag 19 februari 2024 werd besloten de fabriek in Taranto onder de leiding te plaatsen van een door de staat benoemde commissaris. Daarmee werd de vorige particuliere meerderheidsaandeelhouder, het Indiaas/Franse ArcelorMittal, uit het bedrijf gezet.
Faillissement dreigt
Acciaierie d'Italia (ADI) is de naam van het bedrijf in kwestie. Tot nu toe heeft het megabedrijf ArcelorMittal daar een belang van 62 procent, terwijl de publieke sector via de staatsinvesteringsmaatschappij Invitalia al 38 procent in handen heeft. De directe buitenlandse investeringen hebben een hopeloos overmatige schuldenlast van ruim 3 miljard euro.
Alleen al de onbetaalde, maar opeisbare facturen aan leveranciers en onderaannemers bedragen ruim 500 miljoen euro. De afgelopen maanden heeft ADI niet betaald voor de gasleveringen en de talrijke transportbedrijven die het bedient. Eind februari 2024 zou er sprake zijn geweest van de dreiging van een definitief faillissement.
Als de staatscommissaris nu de fabriek in Taranto (en zeven andere kleinere ADI-locaties) overneemt, dan is het een 'déjà vu': voor de derde keer in zijn veelbewogen geschiedenis wordt het bedrijf staatseigendom. En voor de derde keer moet het zo snel mogelijk in de toekomst weer worden geprivatiseerd.
Giftige vervuiling
De fabriek in Taranto is in 1965 opgericht als een staatsbedrijf dat toebehoorde aan het beursgenoteerde bedrijf Italsider dat tot de jaren negentig het grootste deel van de staalproductie in het land controleerde. Taranto werd de grootste staallocatie van het land. Beginjaren tachtig werkten daar en bij de onderaannemers ruim 40.000 mensen.
In 1995 vond de privatisering plaats. De familie Riva nam het over in Taranto en zette voort wat was begonnen in de tijd van het staatsbeheer. De fabriek was in de arme regio economisch gezien nummer één, maar tegelijkertijd ook een ecologische ramp. Vooral het district Tamburi, gelegen direct achter de hoogovens en de cokesfabriek, werd het slachtoffer van een enorme milieuvervuiling. De eigenaren hadden daar geen problemen mee. Zelfs een simpele oplossing kwam niet bij hen op. Namelijk de bergen ijzererts en steenkool overdekken om te voorkomen dat de giftige stof bij een harde wind naar de woonwijken blies. Kostte geld .....
Ondertussen registreerden de gezondheidsautoriteiten in Taranto, en vooral in het Tamburi-district, aanzienlijk toegenomen aantallen ziekten en sterfgevallen als gevolg van tumoren, hart-, vaat- en ademhalingsziekten.
Geen succesverhaal
Deze milieu- en gezondheidsrampen leidden uiteindelijk tot het einde van het tijdperk van de Riva-familie. In 2012 beschuldigde het Openbaar Ministerie van Taranto de eigenaren een criminele organisatie te vormen en het milieu in gevaar te brengen vanwege de giftige stoffen en nam de hele fabriek in beslag. Dit betekende dat de staat weer terug was met de eerder aangestelde, voorlopige bestuurders die de opdracht kregen een andere particuliere investeerder te vinden. In 2017 won ArcelorMittal het contract met een bod van 1,8 miljard euro.
Maar Taranto werd geen succesverhaal voor de mondiale groep met zestig staalfabrieken. In 2019 stapelden de verliezen zich op tot bijna 900 miljoen euro en in 2020 kwam daar nog eens 270 miljoen euro bij. Met als gevolg dat de in Luxemburg gevestigde groep alle interesse in investeringen verloor. De staat kwam daarna terug als minderheidsaandeelhouder en legde 650 miljoen euro op tafel: 38 procent van de aandelen. Particuliere en staatsaandeelhouders konden het echter niet eens worden over toekomstige strategieën en investeringen.
Een miljardengraf
Onlangs maakte ArcelorMittal bekend er niet langer kapitaal in te steken. Dit versterkte het vermoeden van de vakbonden dat het bedrijf Taranto alleen had overgenomen om de fabriek de grond in te boren - en daarmee een lastige concurrent op de Europese markt uit te schakelen. Maar dat zou het einde betekenen van de grootste staalfabriek van Italië die werk verschaft aan ongeveer 8.000 mensen met een jaarlijkse capaciteit van maximaal 8 miljoen ton - zij het dat op dit moment slechts 3 miljoen ton wordt geproduceerd. Daarom trok de overheid aan de noodrem en kondigde ArcelorMittal juridische stappen aan.
Of de locatie Taranto behouden blijft, is niet de enige vraag. De overheid moet al ruim 300 miljoen euro op tafel leggen voor de voortzetting van het bedrijf met ruim 500 miljoen euro aan openstaande rekeningen. Tegelijkertijd kondigde het aan dat het voor het hele jaar 2024 geen arbeidstijdverkorting zou financieren voor de meerderheid van de werknemers in de staalfabriek. Taranto zou daarom al snel een miljardengraf kunnen worden, zonder dat de redding van de fabriek op de lange termijn in zicht is.
(1) Onafhankelijk journalist Tageszeitung - TAZ Oorspronkelijke titel: Italien verstaatlicht Megastahlwerk, 21 februari 2024. Vertaling/bewerking Ab de Wildt,
