Commentaar 116 - 29 maart 2009
Schoon Genoeg
Willem Dekker
Klein van stuk, groots in verschijning, stapt Judy Lock op een meegebrachte, als zeepkist dienende, toiletpot. Het is 16.00 uur, 16 maart 2009. Locatie: voor de deur van het hoofdkantoor van de Schiphol Group. Aanwezig: driehonderd boze leden van de vakbond van schoonmakers, FNV Bondgenoten. Judy, de voorzitter van de kadergroep, neemt de megafoon ter hand.
"We willen gewoon waar we recht op hebben!
Recht en Waardering!
Recht voor het werk en waardering als mens!
Wij geven Schiphol glans.
En dat mogen ze we wel eens gaan belonen!
Wij gaan niet eeuwig wachten.
Het is niet veel wat we vragen.
Gewoon ons recht.
En als je het respect niet krijgt.
Dan ga je het halen!
En voor Schiphol en onze werkgevers:
De volgende stap is dat ze eens een keer
Gaan zien wat er gebeurt
Als er helemaal niet schoongemaakt wordt!"
Zielig
In de schoonmaak op Luchthaven Schiphol zijn de rollen volledig omgedraaid. Het zijn de bazen die bang zijn voor hun eigen schoonmakers, de controle zijn ze kwijt, de wanhoop nabij. Op 24 maart zaten de vijf bazen van Asito, GOM, CSU, HAGO en EW naast elkaar bij een kort geding dat zij hadden aangespannen tegen de aangekondigde staking van de vakbond van schoonmakers. Nooit hadden de bij het kort geding aanwezige schoonmakers zich zo belangrijk gemaakt gevoeld als in de woorden van hun eigen directeuren.
Volgens de advocaat van de bazen betekende staken nog net niet het einde van de wereld, maar in geval van een staking zou Schiphol "stil komen staan" en "de infrastructuur worden uitgeschakeld". De vertegenwoordiger van de vliegtuigschoonmaak van Asito maakte het wel heel bont met zijn "mondiale consequenties" in het geval dat vliegtuigen niet schoongemaakt zouden worden. De bazen vertelden over de boetes die Schiphol hun zou opleggen, over de consequenties voor de reizigers en de veiligheid.
Het was een zielig verhaal in een strak pak. Dit kort geding was hun laatste strohalm, maar daar ging wel het één en ander aan vooraf.
Eisen
Op Schiphol vindt momenteel een contractwisseling plaats. De Schiphol Group, de onderneming die de scepter zwaait op de luchthaven, heeft de schoonmaak opnieuw uitbesteed. Nieuwe bedrijven komen er in, al aanwezige bedrijven verliezen alles of winnen een beetje terrein of nemen andere taken over. Het moet weer goedkoper. Bedrijven kwartetten onderling met werknemers, er is onzekerheid bij de mensen, verlies van werkgelegenheid, nieuw uniformen, taken en soms locaties buiten Schiphol. Het is de gebruikelijke dynamiek in de schoonmaak, waarbij bedrijven elkaar en vooral de schoonmakers door concurrentie de vernieling in helpen.
De georganiseerde schoonmakers eisen dat dit op een eerlijke en respectvolle manier verloopt, met behoud van rechten, taak én werkgelegenheid, óók voor uitzendkrachten die negen maanden of langer op Schiphol werken. Daar komen nog enkele eisen bij: volledige reiskosten, schone kantines, behoud van pauzetijden, vakbondsfaciliteiten en een oplossing voor een geschil omtrent de eindejaarsuitkering uit de vorige CAO.
Organizing
De verantwoordelijkheid van Schiphol als opdrachtgever is belangrijk in dit geheel. Deze onderneming moet betere contracten afsluiten met de schoonmaakbedrijven. Bovendien heeft Schiphol als opdrachtgever macht en kan de schoonmaakbedrijven in beweging brengen.
Dat resulteerde enkele maanden geleden in een eerste delegatie naar J. Nijhuis, de nieuwe directeur van Schiphol. Ook hij kreeg de eisen van de schoonmakers gepresenteerd en de vraag of hij hun 'vriend' wilde worden. Ondertussen waren de leiders onder de schoonmakers samen met de organizers van FNV Bondgenoten druk in de weer om de organisatiegraad te verbeteren. De kantines, rookplekken, en huizen van schoonmakers werden vaak bezocht, de kadergroep uitgebreid en de organizing methode 1 uitgerold. Inmiddels zijn er van de circa duizend Schiphol schoonmakers ruim vijfhonderd lid van de bond.
Maar op Schiphol weten ze het: lid zijn is niet genoeg. Op 26 februari demonstreerden meer dan honderdtwintig schoonmakers op Schiphol Plaza voor hun eisen, een geslaagde test van de mobilisatiemogelijkheden. Op 16 maart, 11.00 uur, ging opnieuw een kleine delegatie naar directeur Nijhuis om te horen of hij daadwerkelijk een 'vriend' wilde zijn van de schoonmakers. Dat er om 16.00 uur diezelfde dag driehonderd boze schoonmakers twee uur het werk onderbraken en voor zijn kantoor stonden, zegt genoeg over zijn 'vriendschap'. Toch werkten de strategie, de acties, de daarop volgende 'driekwartsvergadering' en het ultimatum aan de werkgevers. Ze zorgden ervoor dat de Schiphol Group de druk op de schoonmaakbazen verhoogden. Bij de driekwartsvergadering, waar driekwart van de aanwezigen vóór een staking moet stemmen, werd unaniem voor gestemd. Het gejank over boetes tijdens het kort geding op 24 maart was het resultaat.
Staken
Voor het kort geding kwam er nog een halfslachtig bod van de werkgevers, het was niet genoeg. Per sms ontving ieder lid een oproep tot staken op 25 maart. In paniek haastten de directeuren zich de kantines in, een uitzonderlijke aanwezigheid. Bij Asito werden ze verjaagd, "ga maar met de FNV bestuurder praten, wij gaan staken". De directeur van HAGO verkocht leugens over de bond, zwaaide boos met een CAO-boekje en legde uit dat staken niet goed zou zijn voor het bedrijf. Bij Gom nam de directie niet eens de moeite om te komen. Wie anarchisme wil proeven, zou in die kantine eens met Sari mee moeten gaan, één van de kaderleden daar, en koffiedrinken met zijn collega's.
Door het vonnis in het kort geding moet er vóór 30 maart 12.00 uur opnieuw onderhandeld worden en daarmee is de staking voorlopig uitgesteld. De werkgevers zullen echter over de brug moeten komen, de mensen zijn klaar voor actie, de rollen zijn omgedraaid, we zullen zien wat er gebeurt als er helemaal niet wordt schoongemaakt. Om met Judy te spreken: "Als je recht en waardering niet krijgt, dan ga je het halen!"
1 Zie voor een toelichting: commentaar 88 "Met één hand kun je niet klappen", 2 maart 2008 (terug)
|