nr. 96
mei 2000

welkom
edities
inhoud

Solidariteit

Redactioneel

Werken voor een baas is al een prestatie

Na een uur discussie over de bezwaren tegen het prestatieloon zei één van ons "en uitkeringsgerechtigden dan, is hun hoogste prestatie 'met behoud van uitkering' en voorkomen ze daarmee een korting?" Het was even stil. Ook onze gedachten bleken gevangen in de logica van 'werken is presteren'. We gingen ons lijstje met kritiekpunten nog een keer langs en gelukkig stonden bij punt nul een paar retorische vragen: waarom moet de prestatie omhoog, wie eist dat, wat is de rechtvaardiging van de verschillen in loon en wat is de prestatie bij inkomen uit kapitaal. Maar bovenaan kwam te staan: prestatieloon is één van de mechanismen waarmee de uitsluiting georganiseerd wordt en de solidariteit gebroken, ook waar het teams betreft.

Brengen we de oude, behoorlijk succesvolle, kritiek op het stukloon in herinnering, dan lijkt deze conclusie een open deur. En toch rukt het prestatieloon op. Ondernemers hebben hoge verwachtingen van een "motiverend beloningsbeleid". Voor ruim 80 procent van de werknemers en werkneemsters die onder een cao vallen, hebben ze dat weten vast te leggen. Toen we een cao-handboek voor bondsbestuurders onder ogen kregen, werd ons duidelijk hoe dat kon. Daarin staan zeventien voorwaarden opgesomd die, ondanks bezwaren, flexibele beloning toestaan. We noemen er een paar. "Flexibele beloning moet een doel hebben, namelijk om werknemers te stimuleren in hun ontwikkeling en ontplooiing." "De omvang van het variabele deel wordt vastgesteld in onderhandeling met vakbonden." "Beoordelingsafhankelijke (dus variabele) beloning moet jaarlijks opnieuw verdiend worden." "De variabele beloning moet een beperkt deel van de totale beloning blijven." "Werknemers moeten de mogelijkheid hebben om individueel buiten prestatiebeloning te blijven." "Een prestatiebeoordelingssysteem mag geen opjaagsysteem zijn." Terwijl de laatste een illusie is, zijn de andere zo globaal en vaag dat ondernemers daar wel weg mee weten.

De argumentatie voor deze meegaande opstelling in het handboek komt hierop neer. De ondernemers leggen prestatieloon op tafel en wij willen daar "zicht en grip" op hebben - in bijvoorbeeld de sector automatisering is het al lang ingevoerd en willen we daar een poot aan de grond krijgen, moeten we wel mee en ... de leden willen het.

Een goede reden de belangrijkste kritiek nog maar eens samen te vatten. Ten eerste, elke vorm van flexibele beloning wordt uit de loonsom betaald die door de ondernemer wordt vastgesteld. Binnen die loonsom vindt vervolgens de flexibele herverdeling plaats. Ten tweede, door het loon van de prestatie afhankelijk te maken, of op een andere manier te flexibiliseren, wordt het ondernemersrisico verlegd naar de werknemers. Ten derde, na jaren loonmatiging lijkt de verhoging op basis van een prestatie aantrekkelijk. In werkelijkheid is er sprake van een selectieve compensatie. Ten vierde, ze concurreert met de omvang van een te verstrekken algemene loonsverhoging en drukt deze naar beneden. Ten vijfde, in de toekenning spelen (steeds meer) factoren een rol die het gedrag bevestigen dat door de ondernemer gewenst wordt. Gesproken zou kunnen worden van een gehoorzaamheidstoeslag. Ten zesde, deze disciplinering verkleint de handelingsruimte van kritische leden van de bond en ondernemingsraad. Ten zevende, openbare tabellen en 'wetenschappelijke' beoordelingscriteria suggereren een objectiviteit die uiteindelijk ontleend is aan het eenzijdige recht van de ondernemer. Ten achtste, de regelmatige vernieuwing van beoordelingssystemen is een antwoord op de uitdoving van het effect van de 'oude'. Of zoals we een topmanager hoorden zeggen 'je moet steeds iets nieuws verzinnen om de mensen scherp te houden'. Ten negende, contracten voor teams of individuen - 'tegenover deze prestatie staat die toeslag' - bevatten vaak voorwaarden die bij het ontbreken van die toeslag onaanvaardbaar zouden zijn. Ten tiende, het 'snijden van de tarieven' bij stukloon komt bij flexibele beloning terug in de vorm van verscherping van de prestatienormen.

Bij de brutale poging van onder andere Akzo Nobel en Philips om ook de cao-loonsverhoging afhankelijk te maken van de geleverde prestatie, dreigen deze algemene kenmerken uit beeld te verdwijnen. Ook zonder deze poging is prestatieloon echter al verwerpelijk.

Redactie