nr. 80
sep 1997

welkom
edities
inhoud

Solidariteit

De praktijk van stress in de arbeid

Met de verkeerde tas naar je werk

Jo Ritsema, leraar informatika op twee scholen, bleef in september gewoon thuiszitten. Vier jaar lang was hij aan het eind van het schooljaar bedankt voor zijn goede diensten. Boekenbon, bos bloemen, prettige vakantie. Zonder zelfs een tijdelijke aanstelling plofte daarna toch weer zijn rooster in de bus. Er werd klakkeloos aangenomen dat Jo wel weer zou komen opdraven. Met zijn kleine stakingsaktie dwong hij een vast kontrakt af van twaalf uur in de week. "Geweldig, hè?"

MEER DAN TWAALF uur zit er niet in op deze leidse scholengemeenschap die onder druk van bezuinigingen gefuseerd is met andere scholen en inmiddels 20.000 leerlingen telt. De andere school waar Jo mag werken, is een Hogeschool - met een hoofdletter. Daar is het ongepast enige opgewektheid te tonen, maar dat terzijde.

Meer werk dan uren

"Een groter probleem op die Hogeschool is de arbeidstijdennormering", zegt Jo. "Ik heb me vaak afgevraagd hoe anderen met hun uren uitkomen. Doe ik iets verkeerd? Ik heb er mijn rekenmachientje bijgepakt. In eerste instantie dacht ik dat het apparaatje gestoord was, toen ik de uitkomst zag. Ik werk op duizend uur per jaar vierhonderd uur meer."

Jo stapt op de betreffende manager af: "Zo houd ik dat niet vol." Maar zowel Jo als het rekenmachientje worden teruggewezen. 'Het is standaard', luidt het standaardantwoord en de deur klapt voor zijn neus dicht, want de manager heeft wel wat anders te doen. "Neem alleen maar de veertig uur per jaar die ik krijg voor het studentenspreekuur. De werkelijkheid is dat ik daarvoor vijf uur per week wordt ingeroosterd. Na tien weken zit je dan op vijftig uur - of heb ik het nou mis?"

Tot diep in de nacht

Op twee scholen met hart en ziel werken, is zo hekties dat je wel eens aan de werkelijkheid twijfelt of met je verkeerde tas naar je werk gaat. Vrienden en familie vragen zich af waar je uithangt. "Tentamens nakijken van de ene school en gewoon lesgeven op de andere. Jo, ik hoor dat je niet gekoncentreerd bent, leerlingen zeggen dat je suffig lesgeeft. Hoe kan dat? Ja, ik heb tot diep in de nacht zitten nakijken.

Dan vraag je je af: moet ik dan anders gaan lesgeven. De klas binnenkomen, de groep aan het werk zetten en aan je buro gaan zitten. Als jullie vragen hebben, hoor ik het wel. Nee, ik vind liet leuk werk en ik wil het voor de volle honderd procent doen. Trouwens, leerlingen straffen je meteen af en daar hebben ze gelijk in. Ik heb het als student ook niet gepikt. wanneer ik afgescheept werd. Ik werk voor mezelf ook hard om bij te blijven. In mijn vak verandert veel en in een hoog tempo. Ik moet lezen en apparatuur aanschaffen om het zelf allemaal uit te proberen."

Naast het werk intensief doorgaan met bijscholen, is voor Jo een 'must' want op de Hogeschool heeft hij geen vaste aanstelling. Mocht het zo zijn dat hij niet meer terug kan komen, hoeft hij als sollicitant geen stomme verhalen op te hangen van 'ik heb het te druk gehad om ervaring met Windows 95 of Word 7 op te doen'. 'Oh', zeggen ze dan.

Kontinue pressie

Hoe ziet de nabije toekomst er dan uit, als je met werk bezig bent dat eigenlijk niet vol te houden is? Als je kontinu gekonfronteerd wordt met de pressie je voor beide scholen volledig in te zetten?

Jo weet het niet. De bond en de leraren werken in zoverre langs elkaar heen dat je meer opzeggingen ziet dan dat er extra tijd wordt gestoken in vakbondswerk. De Algemene Onderwijsbond werpt zich vooralsnog niet op met akties tegen de werkdruk. Wel wil Jo met kollegaas de bond vragen die arbeidstijdennormering onder vuur te nemen. Daar klopt helemaal niks van. "Ik heb eerder de indruk dat schooldirekties naar hun bestaande budgetten toerekenen dan naar de praktijk van de leraar", zegt Jo. "De enige uitlaatklep die ik tot nu toe heb, is lekker meelballen met mijn kollegaas op de scholengemeenschap. Daar kun je je stress een beetje in kwijt."

Jo komt vaak om tien uur 's avonds thuis, tas uitpakken, andere tas inpakken, nog wat lesvoorbereidingen en de volgende morgen om half zeven met de trein. "Dat is allemaal niet zo erg, maar ik ben slechts twee dagen op die school, dus moet ik bijgepraat worden. Als de vaste leerkrachten naar huis gaan, zit ik nog met een staflid nieuwe afspraken door te nemen. En wil je die ouders nog even bellen? Soms is er geen andere mogelijkheid om ook op de dagen die ik niet in Leiden ben toch niet ouders te praten."

Telefoon thuis

Waardering is ver te zoeken. Eerder krijgt Jo het verwijt van ouders dat hij slecht bereikbaar is. Leerlingen zitten met een tentamen op woensdag en ze zouden Jo graag even spreken op maandag of dinsdag. "Mag ik je telefoonnummer van thuis aan hen geven, heeft de direkteur gevraagd. Dan vraag ik me af: hoe komt zo'n man daar op." Je zou het als waardering kunnen opvatten als je gevraagd wordt je kollegaas bij te scholen. Alleen had de manager er niet bij stilgestaan dat werken op twee scholen een overvolle werkweek met zich meebrengt. Ook het weekeinde moet Jo nog benutten om voorbereidingen voor de komende week te treffen. Een leraar die 28 uur per week op één school werkt, kan dat in de tussenuurtjes doen.

Intussen verschijnen op zijn apparatuur thuis berichten over wijzigingen van groepen waaraan hij les moet geven, Is het waardering voor je werk als ze dat beargumenteren met 'jij hebt zo veel ervaring, jij bent overal inzetbaar'?

"Hoor je vlak voor het schooljaar welke lessen je gaat geven. En als ik vraag naar het lesmateriaal, zeggen ze ijskoud dat dat er nog niet is. Jij bent de docent en jij mag er voor zorgen. Jij staat over een paar weken voor de klas en dan is het jouw probleem. Zo kan ik mijn vakantie ook wel vergeten."

Frans Geraedts

Vanwege de werkonzekerheid heeft Jo maar een andere naam aangenomen.