welkom
extra
Solidariteit

Conclusies hoorzittingen Amerikaanse senaatscommissie

Kredietbeoordelaars onder vuur

Ab de Wildt 1

Door de financiële crisis komen de werkwijzen van de kredietbeoordelaars onder het vergrootglas te liggen. Een subcommissie van de Amerikaanse Senaat heeft na een hoorzitting die achttien maanden in beslag nam, een vijftal conclusies geformuleerd.

Financiële instellingen willen producten verkopen. Hiervoor willen ze graag een beoordeling ontvangen dat deze producten betrouwbaar en het waard zijn er geld in te steken. Ook banken en landen krijgen zo'n beoordeling. Denk maar aan de reclame van jaren terug van een bank die er prat op ging de enige in Nederland te zijn met de "triple A" rating en meer recent aan de waardering van Griekenland bij het verkrijgen van leningen.

Rating

Grote beleggers, zoals pensioenfondsen, mogen niet beleggen in producten zonder of met een lage waardering. Het belang van een hoge rating is groot. Het leidt tot een goedkopere financiering en dat kan veel geld opleveren. Als een rating herzien wordt, kan dat onmiddellijk effect hebben op de aandelenkoers bij de beurs. Bovendien wordt bij kredietverstrekkingen vaak vastgelegd dat bij een wijziging van de rating een krediet moeten worden beëindigd. Soms volgt een versnelde schuldaflossing of een andere voor het bedrijf nadelige wijziging van de kredietvoorwaarden.
Ook financiële producten krijgen een rating mee. De waarde daarvan is analoog aan de waarde van een rating voor een bedrijf. Als een product een hoge rating heeft, zijn er minder risico's en kan het relatief goedkoop worden doorverkocht. De beoordeling wordt weergegeven in een aantal symbolen, zoals A, B, C of D en varianten daarop. A is het hoogste, D het laagste. Zo is AAA - triple A - de rating voor de allerhoogste kredietwaardering.

Er zijn drie grote kredietbeoordelaars, Standard&Poors (S&P), Moody's en Fitch. De moedermaatschappij van S&P, McGraw-Hill, is een grote handelaar in gegevens met de afgelopen vijf jaar een gemiddelde jaarwinst van 880 miljoen dollar. Moody's heeft een gemiddelde omzet van 1,5 miljard dollar op basis van de volgende filosofie: "Klanten moeten betalen voor onze diensten willen wij een toegevoegde waarde halen voor hun producten en de toegang tot de markt vergemakkelijken. Daarvoor moet goed betaald worden, omdat er veel van ons verwacht wordt" (Uit: Persbericht Moody's, april 2000).

Handel

Als er niet kredietwaardige huizenkopers zijn, dan worden de kredieten bij elkaar gevoegd en doorverkocht aan investeringsbanken. Deze banken verpakken die schulden in Franken leningen (volgens de voorschriften van senator Franken) en verkopen ze weer door aan investeerders. De kredietverstrekkers hebben behoefte aan nieuwe markten om geld te kunnen verdienen en betalen de kredietbeoordelaars enorme bedragen om mee te werken aan het bedenken en verkopen van bedenkelijke producten. 'Plotseling' lijken niet kredietwaardige leningen ongevaarlijker dan staatsobligaties en daar is een markt voor. Uiteraard zijn er personen geweest die gewaarschuwd hebben voor deze praktijken, maar wie twijfelt aan de deskundigen en verdenkt ze van hebberigheid? 'Plotseling' en binnen enkele dagen stelden de kredietbeoordelaars hun beoordelingen bij, vervolgens viel de bodem onder de kredieten weg met het bekende effect.

Conclusies

De ratingbureaus houden, tot het niet meer kan, vol dat hun beoordelingen correct zijn. Tot het laatste moment verdedigen ze hun kredietbeoordelingen door er op te wijzen dat ze de investeerders hebben meegedeeld niet blind te moeten varen op hun beoordelingen. Daarnaast baseren ze hun analyses en beoordelingen op historische gegevens en die ontbreken nu eenmaal van de nieuwe producten. S&P gaat zelfs zover door te zeggen dat het een hele tijd duurt, voordat voldoende betrouwbare gegevens beschikbaar zijn om te kunnen beoordelen of verliezen geleden zijn en betrouwbare patronen zichtbaar worden die bijstelling van de beoordelingen mogelijk maken.

De commissie van de Amerikaanse Senaat die aan de beoordeling van kredieten een reeks hoorzittingen wijdde, kwam tot de volgende conclusies.

1.
De moordende concurrentie, inclusief de noodzaak het marktaandeel te vergroten, en de dwang te voldoen aan de wensen van de investeringsbanken om producten te kunnen verkopen, hebben de kredietwaarderingen beïnvloed.

2.
Reeds in 2006 wisten de kredietbeoordelaars dat hun beoordelingen niet correct waren en herzagen ze hun beoordelingsmodellen. Maar de oude beoordelingen bekeken ze niet met behulp van de nieuwe modellen. Hiermee toonden ze hun onvermogen tot herwaardering en zetten ze velen op het verkeerde been.

3.
Al sinds 2004 wisten Moody's en S&P van het verhoogde risico als gevolg van fraude met hypotheken, afwijkingen van de voorschriften bij kredieten en de oververhitte huizenmarkt. Ze waren echter niet in staat deze gegevens in hun rekenmodellen op te nemen.

4.
Ondanks de huizenhoge winsten zijn er geen gelden opzij gezet om nieuwe producten adequaat te beoordelen en de accuraatheid van de oude te testen.

5.
Wettelijke eisen voor onder andere pensioenfondsen, grote investeerders, banken, handelaren en verzekeringsmaatschappijen om te beschikken over AAA gewaardeerde aandelen, hebben op de kredietbeoordelaars een grote druk uitgeoefend om geïnflateerde beoordelingen te verstrekken.

Tijdens de hoorzittingen werden excuses in allerlei gradaties aangedragen. Maar ondanks de hebzucht, de slechte leiders en andere boeven in dit spel, was de neergang onontkoombaar. Het systeem deugt niet. Wat het extra moeilijk maakt, is dat tot op heden niemand precies weet hoe met de kredietverstrekkers om te gaan. Ondanks het vergrootglas blijft het systeem ondoorzichtig. Het geld blijft rollen.

Toekomst

Terwijl in Europa nog nagedacht wordt of en hoe het probleem aangepakt moet worden, is er in de Verenigde Staten een levendige discussie aan de gang over adequate wetgeving. Hoewel in de bestaande situatie nog niets is veranderd, is het nog niet te laat amendementen in te dienen in de Senaat of voordat het Huis van Afgevaardigden tot stemming overgaat.
De beste maatregel is de beëindiging van de directe betaling voor een waardering door de bedrijven aan de kredietbeoordelaars. Bovendien moet het beoordelingsproces transparanter gebeuren. Investeerders moeten weten wie voor de waardering betaald hebben, aan wie en hoeveel, en of in de overeenkomst nevendiensten zijn opgenomen. Ook is het belangrijk te weten of een investeringsbank of kredietverlener 'geshopt' heeft voor een waardering.
Of het Congres deze voorstellen steunt, is onzeker. Er is een sterke lobby van de kredietbeoordelaars, waardoor een eerder voorstel om betalingen inzichtelijk te maken, is afgewezen. Daarnaast is president Obama en zijn wetmakers er veel aan gelegen de voorstellen voor financiële hervormingen erdoor te krijgen en zullen compromissen volgen.


1 Informatie onder meer ontleend aan Fortune, augustus 2008 en Levin.senate.gov (terug)