welkom
extra
Solidariteit

Verkiezingen in Israël - resultaten en betekenis

De Gaza oorlog versterkte extreem rechts

Roni Ben Efrat1
(vertaling/bewerking: Hans Boot)

De resultaten van de verkiezingen voor de achttiende Knesset vormden een duidelijke steun voor extreem rechts dat 65 van 120 parlementszetels veroverde. Deze uitslag is voor een deel toe te schrijven aan de verlamming waarin de regering van Ehud Olmert verzeild was geraakt. Bijna drie jaar geleden kreeg hij een mandaat om het vredesproces te bevorderen, maar hij vergooide dat in twee oorlogen.

De stagnatie van het proces naar vrede versterkte Hamas en moedigde chauvinistische stromingen in Israël aan, zoals bleek uit de massale steun voor de Gaza oorlog. De Israëlische bevolking keerde zich af van de visie dat het conflict met de Palestijnen alleen opgelost kan worden door diplomatie.

Pure moord

Gaza cartoon

Avigdor Lieberman, de leider van een partij met de naam "Israël ons huis", boekte de grootste verkiezingswinst met een stijging van elf naar vijftien zetels en wierp de eerbiedwaardige Arbeidspartij terug naar de vierde plaats. Zijn campagneleuze luidde "Geen loyaliteit, geen burgerschap". Was hij niet Joods, zou hij een antisemiet zijn. Haat tegen de Arabieren was zijn sterkste troef, hij trok er duizenden gelijkgezinden mee.
De Lieberman golf is voor een belangrijk deel het resultaat van de Gaza oorlog. De concurrerende partijen - Kadima en de Arbeidspartij - plande het offensief kort voor de verkiezingsdatum vooral om populariteit te winnen, maar Lieberman oogstte het succes. De machtsbedwelming, het verlies van elke zelfbeheersing - pure moord - kwam de partij van de Sterke Man Lieberman goed uit. Hij wilde de Arabieren een lesje leren dat ze nooit zouden vergeten.

Staat van verwarring

De verkiezingsuitslag betekende voor Israël een stap terug. In 2005, toen minister-president Ariel Sharon brak met de partij Likud en Kadima oprichtte, was dat een geweldige impuls voor het rechtse ideaal van een Groter Israël. Na de ontruiming van Gaza en de ontmanteling van de nederzettingen beweerde Sharon dat rechts vastzat en een politieke beweging naar het centrum nodig was. Als gevolg daarvan duikelde Likud bij de verkiezingen van 2006 naar twaalf zetels (van invloed was ook de wrok die de achterblijvende leider van Likud, Binyamin Netanyahu, opriep door de bezuinigingen in de sociale zekerheid die hij in zijn functie van minister van Financiën doorvoerde).
Enig vooruitzicht op vrede via Kadima van Sharon verdween echter snel, hij weigerde samen te werken met de gematigde Palestijnen en gaf de voorkeur aan een eenzijdige terugtrekking. Hierdoor kon hij concessies voorkomen op de Westelijke Jordaanoever, waar hij met Amerikaanse instemming de macht van Israël wilde versterken.
Vervolgens raakte Sharon in een coma en nam Olmert zijn positie over. Bij de verkiezingen in 2006 haalde Kadima 29 zetels, veel minder dan de verwachte veertig toen Sharon nog aan het roer stond. Olmert, beschuldigd van corruptie, kon zijn politieke termijn niet afmaken. In het nauw gedreven, ontdaan van politieke hoop, begon hij voor een Israëlisch staatshoofd ongehoorde uitspraken te doen als: het alternatief voor de terugtrekking van de Westoever zou een 'één staat' oplossing met een Arabische meerderheid zijn - het voorbestaan van een Joodse staat vereiste apartheid - zo'n Israël was niet in staat overeind te blijven onder de internationale druk. In wezen, echter, deed Olmert niets.

De versterking van rechts brengt Israël meer dan ooit in verwarring. Met een meerderheid in de Knesset die bij de minste concessie wegvalt, heeft de nieuwe minister-president te maken met een Amerikaanse regering die naar een regionale vrede zoekt. De verwachting is een verdere verlamming die echter midden in een wereldwijde economische crisis niet kan voortduren. De behoefte aan externe fondsen en investeringen zal sterk toenemen. Een onhoudbare situatie die een voedingsbodem is voor nieuwe verkiezingen.

Verzwakkend links

Vergeleken met de beweging naar links in de dagen van Sharon, herstelden de recente verkiezingen de oude verhoudingen. De Likud heroverde de in Kadima teleurgestelde kiezers, terwijl Kadima benadrukte dat slechts een grote overwinning kon voorkomen dat de gehate Netanyahu stemmen weghaalde bij de Arbeidspartij en Meretz. Op hetzelfde moment verloren de laatste twee partijen een groot deel van hun steun onder de Arabieren. Het gevolg was een ernstige terugval, van 24 naar zestien zetels.
Deze daling geeft de tegenstrijdigheden weer waarin 'links' terecht is gekomen gedurende de jaren van geweld tegenover de Palestijnen en in Libanon. Vergelijk maar de huidige zestien zetels met de 56 die de Arbeidspartij en Meretz in 1992 haalden. Na de instorting van de Oslo akkoorden en de moord op Yitzhak Rabin, nam de Arbeidspartij tot en met de Gaza oorlog deel aan de onderdrukking en oorlogsvoering. Ehud Barak, de huidige voorman, nam de leuze "er is geen partner" van Sharon over, hij steunde het concept van 'unilateralisme' dat aan Palestijnse zijde een vacuüm creëerde dat Hamas gemakkelijk opvulde.

Meretz, op zijn beurt, bood geen politiek alternatief. De partij steunde alle unilaterale stappen en recent de wrede oorlog in Gaza. Moeilijke politieke kwesties vermijdend, sloot Meretz mediasterren in de armen en bouwde de illusie op van een nieuwe beweging, sociaal-democratisch en groen. De truc mislukte en Meretz verloor stemmen aan Kadima, waarbij de linksen onder hen kozen voor Tzipi Livni; dat de laatste één van de leiders was van de Gaza operatie, deed er kennelijk niet toe. Uiteindelijk steunde zelfs Meretz de oorlog. Aan de andere kant namen vroegere Meretz aanhangers aanstoot aan deze opstelling van de partij en kozen voor Hadash, een overwegend Arabische partij. Onder de 'Joodse sector' verzamelde Hadash 7.500 stemmen, in 2006 waren dat er 3.000. Meretz verloor dus aan beide kanten stemmen, rechts aan Kadima en links aan Hadash.

Arabische clans

De verkiezingen lieten een kleine verbetering van de Arabische partijen zien, van tien naar elf zetels. Zij konden dat bereiken door voluit gebruik te maken van de na de Gaza oorlog gerezen woede in de 'Arabische sector'. De clanleiders en stemmentrekkers die in het verleden werkten voor de Zionistische partijen - in 2006 20 procent van de Arabische stemmen - vonden het deze keer moeilijk campagne te voeren voor de Arbeidspartij of Kadima. In plaats daarvan verdeelden ze hun trouw gelijkelijk over de drie Arabische partijen (Hadash, Ra'am-Ta'al en Bal'ad).
De ene Arabische zetel meer is geen gevolg van een toegenomen vertrouwen in Arabisch leiderschap. Het is eerder een koele berekening van de clanleiders die hun positie en status wilden behouden. De drie genoemde partijen bieden geen realistisch actieplan om de 'Arabische sector' te organiseren en ontwijken de brandende vraagstukken van armoede en werkloosheid. Daarnaast houden ze het stemmen op basis van clanstructuren in stand dat niets van doen heeft met versterking van het bewustzijn en de organisatie van hun aanhang. Daarom kan gezegd worden dat hun elf zetels verspilde stemmen vertegenwoordigen, omdat zij de beslissingscentra niet kunnen beïnvloeden noch werkelijk in de praktijk actief zijn. Zo verandert de situatie niet en blijft de 'Arabische sector' achteruitgaan.

De verzwakking van Zionistisch links heeft tot gevolg dat het voor de Arabische partijen moeilijker wordt wetgeving door te voeren. De Knesset and de Israëlische publieke opinie barsten tegenwoordig van het anti-Arabische sentiment. Dat wordt voor een deel gevoed door de ontwikkeling van een hartstochtelijke, maar kleingeestige dialoog binnen de 'Arabische sector' die eerder steun zoekt door een beroep te doen op gevoelens van bitterheid dan door de opbouw van sociale structuren.

Armoede en werkloosheid

De Organisatie voor Democratische Actie (ODA/DA'AM), bekend als de Arbeiderspartij, werd ook geraakt door de electorale verschuiving naar rechts. Niettemin bereikte de verkiezingscampagne, met als boegbeeld Asma Aghbarieh-Zahalka, nieuwe bevolkingsgroepen. Hoewel de verkiezingsdrempel voor de Knesset niet werd gehaald, werkten de leden van ODA onverminderd aan een nieuwe type sociale en politieke machtsvorming. In een open brief, kort na de verkiezingen, verklaarde de partij dat "ODA weigert volgens de patronen van de clans stemmen te winnen". Geproduceerd op vrijwillige basis door topprofessionals bracht ODA een verkiezingsspot uit die zeer goed ontvangen werd. Hoewel deze inspanningen zich niet vertaalde in voldoende stemmen, was er sprake van een toestroom van activisten.
De open brief meldde ook dat "ODA besloten heeft haar acties voort te zetten om de arbeiders in Israël te verdedigen en te organiseren". Bovendien biedt de sociale agenda van ODA een brug voor gezamenlijke activiteiten van Joden en Arabieren. Die agenda ondermijnt de te vergroten. In de schaduw van de crisis die over de wereld, inclusief Israël, hangt, staan het komend jaar de vraagstukken van armoede en werkloosheid bovenaan de agenda van ODA.


1 Oorspronkelijke titel: The Gaza war strengthened Israel's far right - www.challenge-mag.com (terug)