Commentaar nr. 27 - 30 oktober 2005
Vooruitlopen op de feiten
Hans Boot
Het regent de godganse dag al, ben m'n pukcode kwijt en het begint me ook nog te duizelen. Van het één komt het ander. Lees net dat het FNV-Jongerennetwerk een voorzitter zoekt en een zetel in de Sociaal Economische Raad. Dat lijkt wel wat op de in het CNV gedropte, nieuwe voorzitter die vertelde nooit een dag actief te zijn geweest in de vakbeweging. Ondanks deze handicap spoort zijn missie van 'werkzekerheid' aardig met de stelling van collega-voorzitter Van der Kolk dat in de toekomst niet meer gestaakt zal worden om loon, maar om werk. Wie is hier nou de kluts kwijt?
Henk van der Kolk, FNV Bondgenoten, sprak zijn profetie afgelopen september uit tijdens een symposium over de Rotterdamse havenstaking in 1970. De volle zaal piekerde over 'werk zonder loon' of toch maar liever 'loon zonder werk'.
De kersverse CNV'er René Paas, voorheen wethouder in Groningen voor het CDA, getuigde in NRC Handelsblad (15-08-2005) dat werkgevers de verantwoordelijkheid hebben voor werk te zorgen. Een onthulling als 'de C staat voor Christelijk'.
Het Jongerennetwerk dat eind november officieel gelanceerd wordt, leverde terecht kritiek op de gebrekkige democratie in de vakbonden en claimde van de weeromstuit een plaats aan de top van sociaal-economisch Nederland. Enthousiast werd verwezen naar de Jonge Democraten die al eerder dat standpunt innamen (de Volkskrant, 4-10-2005), maar wier voorzitter even enthousiast de vakbonden wenste te vervangen door een Nationale Ondernemingsraad (de Volkskrant, 24-08-2005).
We leven in een tijd waarin de gedachten snel uit de mond vliegen.
Vluchtigheid
Neem nou eens het verband tussen werk en loon, alleen al termen als 'vrijwilligerswerk' en 'vrije tijd' verwijzen naar het dwangmatig karakter van de loonarbeid in het kapitalisme. De één kan niet zonder de ander en in de loonafhankelijkheid van de overgrote meerderheid van de bevolking komen ze samen. Niet zo maar, want ze maken deel uit van een driehoeksverhouding die met het (private) kapitaalbezit het kapitalisme compleet maakt. Stellen we ons - wat blijmoedig de slavernij vergetend - werk zonder loon voor, dan verdwijnt niet alleen de kapitaalbezitter, maar ook het spook van de werkloosheid. Kijk maar om de hoek, er is veel werk te doen in de scholen, ziekenhuizen, buurtcentra, enzovoort. In ieder geval veel meer werk dan beschikbaar gesteld loon. Dus Henk, staken voor werk is staken voor loon en andersom. Aan 'werk' voorrang geven, is een bedenkelijke abstractie en lijkt 'loon' - en daarmee de hoogte ervan - tot een marginale kwestie te maken.
Vanzelfsprekend komen de opvattingen van de twee voorzitters niet uit de lucht vallen. Ze maken zich zorgen over de vluchtigheid van de werkgelegenheid. Werk verdwijnt en duikt elders weer op; overigens vaak voor een lager loon. De gezamenlijke werkgevers die René op het oog heeft, zorgen dus keurig voor werk en bieden de door hem gewenste zekerheid van vlottend werk op een internationale arbeidsmarkt. De nieuwe voorzitter van de werkgeversorganisatie VNO-NCW, Wientjes, is gelukkig aangenaam ontnuchterend. De zorgen delend van zijn collega's, legt hij de eindverantwoordelijkheid voor 'nieuw werk' bij de werknemer. "Als die weigert [mee te gaan in de flexibiliteit] is het zijn probleem." (Interview, De Groene Amsterdammer, 16-09-2005). En dat schept duidelijkheid. Ook de nieuwspraak van 'employability' vraagt dus om een ouderwetse bereidheid tot onderschikking.
Dienstverband
Om die reden ben ik zo vrij het Jongerennetwerk een blik naar onderen in plaats van naar boven aan te bevelen. Wat gebeurt er op de arbeidsplaats? Vraagt flexibilisering een 'vrijwillige' onderschikking? Is 'jobhoppen' een uiting van moderne autonomie of een noodzakelijk kwaad?
Al of niet gedwongen van baan naar baan springen, dat volgens Wientjes mensen 'scherp' houdt, is nog lang geen uitgemaakte zaak. Gemeten naar het aantal dienstjaren van de Nederlandse beroepsbevolking is een daling te zien; sinds 1997 met drie maanden naar een gemiddelde van negen jaar en twee maanden (CBS, 2003). Maar die afname is niet zonder meer toe te schrijven aan de flexibilisering van de werkgelegenheid. Van invloed zijn evenzeer de meegaandheid van de vakbeweging en de voortdurende werkloosheid (voor 15-24 jarigen volgens de officiële cijfers 14 procent, dat is ruim twee maal het algemeen gemiddelde). Bovendien staan ondernemers op zijn minst tweeslachtig tegenover kortstondige dienstverbanden. De 'investering in menselijk kapitaal' moet terugverdiend worden en een binding aan het bedrijf kan zeer profijtelijk zijn.
Zo eenduidig zijn de ontwikkelingen op de arbeidsplaats dus niet. Het zou wel eens zo kunnen zijn dat de bondsvoorzitters, bevangen door de tijdgeest en vooruitlopend op de feiten, de reguliere baan hebben opgegeven. Een recent gezamenlijk besluit met de ondernemers in de Stichting van de Arbeid lijkt dat te illustreren. Daarin worden de ontslagregelingen versimpeld door de veiligheidsklep van de rechter te verwijderen.
Het is te hopen dat het FNV-Jongerennetwerk afziet van de voorgenomen lange mars door de instituties en kiest voor onafhankelijkheid.
|