Last Tango

Leiden, maandagavond 2 september. In het Volkshuis discussiëren zestig mensen, voornamelijk jongeren, nogal principieel, over de eisen die gesteld moeten worden aan een alternatief economisch systeem. De bijeenkomst is onderdeel van de tweede Europese conferentie van de Peoples' Global Action, een internationaal netwerk van groepen en organisaties die zich sterk maken voor een duurzaam, grenzeloos, sociaal, vreedzaam en basisdemocratisch alternatief voor kapitalisme en andere vormen van onderdrukking. Ruim 500 mensen uit Europa en Israël zijn hiervoor naar Leiden gekomen.

De avond begint met een film over Argentinië. Over het ruilsysteem "Red global del Trueque", waaraan zeven miljoen inwoners (bijna 20 procent van de bevolking) meedoen. Ligt hier misschien een alternatief voor het mens en milieu vernielende kapitalisme? Voor Alejandra Slutzky, net terug uit Argentinië van de organisatie Hijos (kinderen van personen die tijdens de militaire dictatuur zijn verdwenen), ligt de zaak niet zo eenvoudig. Volgens haar is het in Buenos Aires de middenklasse die gebruik maakt van het ruilsysteem. Of liever, ertoe gedwongen wordt. Langzaam verkoopt ze haar bezittingen.

De zwakte van het systeem is dat er nauwelijks productie aan te pas komt en de bestaande fabrieken buiten het systeem blijven. Productie is er namelijk wel in Argentinië. Door het ineenstorten van de munt maakt de exportindustrie overuren. Vandaar dat de Argentijnse 'piqueteros', verarmde werklozen, meer verwachten van het blokkeren van aan- en afvoerlijnen van die industrie om zo hun deel van de koek op te eisen. Het ruilsysteem is een gedwongen antwoord op de diepe crisis waarin Argentinië verkeert. Een jonge Oost Europese vrouw riep in Leiden uit: "Logisch dat er maar duizend mensen meedoen in Nederland met die ruilsystemen hier, waarom zouden mensen ook. Je kunt hier alles gewoon kopen en mensen hebben geld genoeg." En inderdaad, het is in Amsterdam behelpen in het locale ruilsysteem (Noppes) als je niet op zoek bent naar een Shiatsu massage, maar naar een loodgieter.

Criteria waaraan economische alternatieven moeten voldoen, zijn wel te verzinnen. Ze moeten niet alleen interessant zijn voor drie mensen op een verder onbewoond eiland. Ook mag het zoeken naar een alternatief niet los staan van sociale bewegingen. En het moet ook om meer gaan dan om een herverdeling. Natuurlijk de slogan "Laat de rijken de crisis betalen" is sympathiek, maar niet adequaat. We willen wat te zeggen hebben over de bakkerij, niet slechts over de verdeling van het brood.

Misschien ligt daar ook wel een probleem voor de FNV. Een vakbond is er natuurlijk om zich druk te maken over verdelingsvraagstukken. Maar daar kan het niet bij blijven. Zo lijkt het beleggen van de FNV nergens op. Beleggingen in wapenindustrie en kernindustrie, het schijnt niet op te kunnen. Na haar komende doorstart moet de FNV maar weer eens principieel gaan discussiëren.

Gisela Dütting en Ailko van der Veen